Den Haag, 9 juli 2017
“Soms dan denk ik op basis van een dossier van tevoren al dat het een veroordeling wordt. Maar tijdens de zitting ga ik dan toch twijfelen door de advocaat en de verdachte’’, dat zegt rechter Lieneke de Klerk in gesprek met de onderzoeksredactie van Fontys Hogeschool voor Journalistiek (FHJ).
Dominique Dirkx en Bo van Geijn namen gerechtelijke dwalingen in Nederland onder de loep. Dat deden zij aan de hand van de showbizzmoord. In 1993 werd Martien Hunnik veroordeeld voor een moord die hij niet had gepleegd. Drieëndertig jaar later, op 14 juni 2016, werd hij alsnog vrijgesproken.
De onderzoeksredactie somt een aantal oorzaken van justitiële dwalingen op. In het algemeen is de kwaliteit van Nederlandse rechters hoog te noemen. Bovendien bleek uit recent onderzoek dat rechters in Nederland goed scoren als het gaat om onafhankelijkheid. Maar onafhankelijkheid is niet hetzelfde als objectiviteit. Volgens strafrechtadvocaat Job Knoester werkt de inrichting van het Nederlandse strafproces subjectiviteit in de hand. Hoewel rechters getraind zijn om objectief en onafhankelijk te opereren zal dit volgens de strafpleiter nooit optimaal kunnen zijn als rechters nog voor de start van een strafproces het hele dossier krijgen en bestuderen. Dan kun je inderdaad de situatie krijgen die rechter Lieneke de Klerk beschrijft: dat op basis van het dossier voor het begin van de zaak al aan een veroordeling wordt gedacht. Natuurlijk: een verdachte en zijn advocaat kunnen proberen de rechtbank op andere gedachten brengen, maar in feite begint de verdediging dan de wedstrijd met een achterstand.
Strafpleiter Knoester meent dat gerechtelijke dwalingen meer worden voorkomen en strafzaken eerlijker worden als het dossier pas op de zitting tijdens de rechtszaak wordt gepresenteerd aan de rechters die het vonnis moeten uitspreken. Zolang dat niet het geval is zou Nederland in zijn ogen meer bescheidenheid passen bij de waardering van haar eigen strafproces.
Bron: Onderzoeksredactie Fontys Hogeschool voor Journalistiek